Art Rotterdam 2024
Afgelopen vrijdag bezocht ik met een aantal klasgenoten van de NAU de 25ste editie van de kunstbeurs Art Rotterdam. We konden als groep naar binnen (waardoor we een lange rij konden skippen) en mochten onze jassen ophangen in een ruimte gereserveerd voor kunstacademie studenten. Wij allemaal grijnzen. Vorig jaar voelde ik me een beetje overdonderd door de hoeveelheid kunst. Dat was nu minder, maar ik zag wel weer van alles dat me inspireerde 🙂
De indeling van de beurs leek erg op die van vorig jaar. Veel galeries hadden hun stand ongeveer op dezelfde plek en sommigen toonden ook werk van dezelfde kunstenaars. Zo bewonderde ik vorig jaar de landschappen van Robert Armstrong en het geglazuurde keramiek van Delphine Courtillot. Ze maken nu een beetje ander werk, maar ik herkende hun werk makkelijk en vond het op dezelfde plek op de beurs.
Het gaf me sowieso zelfvertrouwen dat ik dit jaar al veel meer kunstenaars herkende. Het begint zich terug te betalen dat ik mijn museumbezoek zo omhoog gegooid heb. Zo zag ik het werk van Susanna Inglada net nog in het Coda in Apeldoorn, hier figuren bestaande uit losse lichaamsonderdelen die op verschillende stukken papier getekend waren, daar een groot wandkleed met figuren erop (of erin) geappliceerd. En de vrolijke getufte wandkleden van Afra Eisma zag ik in het Textiel Museum.
Van Afra Eisma zag ik ook twee werken die bestonden uit verschillende lagen over elkaar genaaid. Het ene was papier, het andere organza of viscose. Op iedere laag was iets geschilderd of genaaid, dat samen het werk vormde. Als eerste vind ik het al erg leuk om te zien dat ze niet alleen die grote wandkleden maakt, maar ook deze veel intiemere en zachtere werken. Ik herken wel wat van haar vormentaal, maar het is niet heel strikt. Het idee van die laagjes, daar speel ik ook al een tijdje mee 🙂
We werden allemaal erg blij van de talismannen van Saar Scheerlings, vertegenwoordigd door Galerie Fleur en Wouter. Sowieso een galerie waar we ons welkom voelde. Ik heb ze gelijk geliked op Instagram. Scheerlings werken vormen een uiting van een zelfverzonnen civilisatie. Daarvoor gebruikt ze tweedehands materiaal zoals matrassen van een failliet vakantiepark en vintage kleding. Dat ze ons allemaal raakte, zegt genoeg.
Vorig jaar vond ik overal inspiratie en dacht ik bij alles: “Dit is óók gaaf!”. Nu merkte ik dat ik veel specifieker keek. Mijn oog leek meer gespitst op bepaalde technieken en oplossingen die passen binnen waar ik al mee bezig ben. “Dat zou een oplossing kunnen zijn voor …”, was nu vaker mijn gedachte. Of: “Als ik dat nu zus of zo toepas…” Weer thuis heb ik een mooi rijtje van toepasbare ideeën gemaakt.
De beurs blijkt voor de laatste keer in de Van Nelle fabriek te zijn. Volgend jaar verhuizen ze naar Ahoy. Dat vind ik wel jammer, want het is een mooie ruimte. Ik houd wel van dat industriële. Volgend jaar kon niet de distributie hal – waar de Prospects te zien zijn – ook gehuurd worden. En dat onderdeel wilde de beurs niet loslaten. Deze tentoonstelling, georganiseerd door het Mondriaan Fonds is bedoeld om de zichtbaarheid van startende kunstenaars een extra zetje te geven.
De sfeer bij dit onderdeel is echt anders dan bij de stands van de galeries. Het is een kakofonie van beelden en ideeën, met heel veel verschijningsvormen. Schilderijen, veel video, stof, haakwerk, installaties, stof, droogbloemen, huisjes, foto’s, troep, beschilderde meubels, teksten, spulletjes: het is er allemaal. En alles heeft een doortimmerd concept. Moet ik ook zoiets maken?
Laat ik daar nog maar niet te veel over nadenken, gewoon eerst aan de slag met mijn ‘concrete’ lijstje van ideeën.
Blader online door het aanbod van Art Rotterdam 2024
bijschrift: werk van Michal Kruger (detail), foto: Vera Breg