De eigenschappen van schuurpapier
De eerste les mixed media ging over materialen. En dan niet over karton of klei, maar over alledaagse materialen – van stroop en sponsjes tot glas en schuurpapier – en hoeveel meer je daarmee kunt als je jezelf ervoor openstelt. Toen heb ik een hele middag met schuurpapier bezig gehouden. Zere vingers, matig humeur. Huiswerk: kijk thuis of je er nog meer mee kunt…
Zucht… Nog meer schuurpapier. Waarom moet ik me nu ook nog verder gaan verdiepen in schuurpapier? Doe ik niet al genoeg? Aquarel, olieverf, conté, textiel, monoprinten om maar wat te noemen. Moet ik echt ALLE mogelijkheden in het universum onderzoeken? Na een paar dagen begon ik me toch te verdiepen in schuurpapier.
Schuurpapier is best wel interessant. We zeggen ‘het schuurt’ als iets niet helemaal lekker zit, niet goed past, maar een beetje wringt. Het papier is ruw maar je gebruikt het om iets glad te maken. En als je met schuurpapier geschuurd hebt, verandert de structuur van het papier. Het wordt steeds zachter. Als je met een schuurmachine schuurt kan het papier zelfs bijna fluweel-glad worden.
Wiki vertelt me dat schuurpapier al bestaat sinds de 13e eeuw. In China plakten ze toen geplette schelpen, zaden en zand met natuurlijke gom op perkament. En sinds 1834 heeft ene Isaac Fischer jr. uit Springfield er een patent op. Voor de eerste gebruikers nog niet echt een succes, want ze liepen loodvergiftigingen op doordat het schuurpapier alleen droog gebruikt kon worden.
Voor de musici onder ons: er blijken dus ook muziekstukken geschreven waarin schuurpapier een rol speelt. De Koreaanse componiste Cho Eun-hwa gebruikte het in haar compositie Agens uit 2008. De slagwerker moet dan het schuurpapier bespelen. Ik heb geprobeerd er naar te luisteren maar het geeft me hetzelfde gevoel als nagels over een schoolbord. Ook in het stuk Sandpaper Ballet (1954) van Leroy Anderson wordt schuurpapier gebruikt.
Aan de slag
Ik raak ondertussen steeds meer getriggerd door het materiaal. Het zou leuk zijn om schuurpapier te combineren met stof. Om eroverheen te naaien, of om er stukken stof op te naaien (of andersom schuurpapier op stof te naaien). Op die manier kan ik iets zachts combineren met iets dat juist heel ruw is. Tegenstellingen zijn altijd goed. EN het laat gelijk de twee kanten van schuurpapier zien. Ik lees dat het ook wel op textiel geplakt wordt, dat noemen ze dan schuurlinnen. Misschien ook interessant voor mij?
Het blijkt niet zo prettig om met schuurpapier te naaien. Het is stug, je moet hard duwen en je handen worden er heel ruw van. Het is niet prettig om te doen. Ik besluit om alleen iets te gaan naaien met schuurpapier als ik vrij zeker weet wat ik ermee wil. Ik zet verschillende dingen aan elkaar met spelden, maar het is niet wat ik in mijn hoofd heb.
Dan besluit ik om te kijken wat de naaimachine kan met schuurpapier. Ik kreukel een vel schuurpapier en laat de naaimachine de ontstane lijnen volgen. Het donkerpaars van mijn draad kleurt goed bij het oranje schuurpapier. De lijnen zijn een beetje zoals wanneer je blind tekent. I LIKE!
Maar de naaimachine zegt niet ook ‘I like’, sterker nog, ze gaat steeds meer haperen totdat ze er helemaal de brui aan geeft. De naald beweegt slecht, de boven-draad staat helemaal strak en onder het schuurpapier hoopt zich een knoedeltje garen op. Als ik het daarna op stof probeer, loopt dat net zo min. Misschien was op schuurpapier naaien toch niet zo’n goed idee…
Nu is mijn naaimachine buiten dienst. Toen ik het tegen een naaister vertelde, kreeg ik een smalende blik: ‘Dat is ook vragen om moeilijkheden. Pas op voor gruis in je machine!’ Zucht. Ik heb met het boekje in de hand het spoelhuis schoongemaakt, de draad keer op keer opnieuw ingeregen, maar het helpt niets. Wel leer ik mijn machine beter kennen (altijd ook naar de positieve kanten kijken. Grommmmm).
Ik heb nog een lijstje met dingen die ik kan proberen maar ik moet nog even moed verzamelen. En anders wordt het terug naar de winkel! Ondertussen ben ik met schuurpapier gaan drukken, maar dat verhaal vertel ik in een ander blog 😉