Grafiek

Hoe signeer je grafisch werk?

In de aanloop naar de Kunstroute komend weekend ben ik werk aan het inlijsten. Zo ook een stapeltje grafiek. Als je grafiek ingelijst ziet, dan staat er altijd van alles onder. Een oplagenummer, een titel een handtekening, een jaartal. Heel veel informatie. Hoe moet je dat eigenlijk doen, grafisch werk signeren?

Ik heb al eens eerder een blog geschreven over het waarom van het signeren. Voor mij is een handtekening ook een beetje een manier om te laten zien dat ik trots op een werk ben. Je laat ermee zien dat het werk van jou is én dat je achter het werk staat. Hetzelfde geldt natuurlijk voor grafisch werk.

Het grootste verschil tussen het signeren van een schilderij en het signeren van grafisch werk zit hem (naast dat je het altijd met potlood doet) in het vermelden van de oplagenummers. Iedere afdruk in een serie krijgt een nummer én je vermeldt de grootte van de oplage. Je naam en datum zet je links of rechtsonder en in de andere hoek zet je het oplagenummer. Dan staat er bijvoorbeeld 3/8, wat dan dus het derde werk uit een serie van acht is. Als je gaat nummeren leg je gewoon alles op een stapel: het hoeft niet op de volgorde waarop ze zijn ontstaan.

Je bent als kunstenaar trouwens niet verplicht een oplagenummer onder je werkt te zetten, maar het is wel zo netjes. Het geeft de kijker (en eventuele koper) een idee over de omvang van de serie en daarmee van de zeldzaamheid van het werk. Een werk dat in oplage van acht of tien gemaakt is, geeft een andere indruk dan een werk daarvan tweehonderd exemplaren bestaan. Een prent zonder oplagevermelding wordt gezien als dubieus. Het kan een teken van vervalsing zijn (als je denkt een Rembrandt aan te schaffen).

Als een prent heel officieel gedrukt is, kun je nog extra aanduidingen vinden. Het nummeren kan namelijk worden onderverdeeld in exemplaren voor de kunstenaar zelf en verkoopexemplaren. Op de werken die de kunstenaar zelf houdt staan dan de letters E.A. (wat staat voor épreuve d’artiste) of soms A.P ( wat dan weer staat voor Artist Proof). Deze werken worden meestal met een Romeins cijfer geteld.

Het aantal E.A.-exemplaren is maximaal 10% van de handelseditie. E.A. 1/V betekent dat er een handels editie is van 50, en dat je kijkt naar het eerste werk van de vijf werken van de kunstenaar zelf. Soms staat er dan ook nog H.C. bij wat staat voor Hors de Commerce, of te wel: niet voor verkoop. Poepchick van die letters, maar voor mijn oplages niet echt nodig. Ik houd gewoon één (en waarschijnlijk alle) van de genummerde werken zelf.

In de praktijk

Ik heb vorig jaar een aantal lino’s gedrukt. Daar heb ik mee zitten spelen. Dan veranderde ik de kleur een beetje (of fors) of ik drukte de platen op zijn kop of over een monoprint heen. Zo kreeg ik allemaal afwijkende resultaten, die ik moeilijk ‘identiek’ kan noemen. Zelfs de lino’s die ik wel min of meer hetzelfde heb bedoeld, zijn allemaal een beetje anders doordat de verschillende drukken niet precies op dezelfde plek zitten (slordigheid) en ik niet overal even veel inkt gebruikt heb(leerproces).

Gelukkig kon ik gisteren even aan mijn docent vragen hoe je daarmee om gaat. Het antwoord was dat het gaat om de intentie. Bij een lino waarbij ik de bedoeling had om de afdruk hetzelfde te maken, kunnen de kleuren per druk wel wat verschillen. Maar dan is dat wel één serie. Heb ik bewust de vormen op een andere plek gedrukt, of bewust een kleur verandert, dan is dat een aparte serie.

Als er maar één versie van een gedrukt werk bestaat is het een beetje de gewoonte om dan 1/1 op de prent te vermelden, zodat de kijker ziet dat er van deze prent maar één exemplaar bestaat. Dit wordt ook wel weggelaten, vooral bij technieken waarbij je makkelijk kunt zien dat het een uniek exemplaar is. Ik heb verschillende werken waarbij ik collage materiaal combineer met druktechnieken. Voor mijn gevoel laat de techniek wel zien dat het een uniek werk is.

Ik heb een lino van een boom gemaakt in drie kleuren. Alle proefdrukken, waar ik maar één of twee kleuren heb gedrukt leg ik aan de kant. dan houd ik zeven bomen over. Eentje vind ik zo afwijkend van kleur, dat ik die ook aan de kant leg. Dan blijven er zes over die ik als een serie beschouw. Weer een probleem getackeld, nu alleen nog beslissen voor welke prijs ik ze wil verkopen én welke exemplaren ik sowieso zelf wil houden.

Leave a Reply

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *