Mondriaan en de zee
Afgelopen dinsdag heb ik een tweede workshop voor Special Arts gegeven. Dit keer ging het over Mondriaan en de zee. Ook dit keer heb ik in de voorbereiding zelf geprobeerd om wat te maken geïnspireerd op de schilderijen van Mondriaan. Dus van de duinen en de zee die hij in Zeeland schilderde. Dat was een leuke uitdaging.
Mondriaan bezocht tussen 1905 (sommige bronnen zeggen 1908) en 1916 meerdere keren Zeeland. De meeste tijd bracht hij door in Domburg, maar hij was ook gecharmeerd van Veere. Rond 1908 en 1909 (de ene bron zegt een zomer tot diep in de winter, de ander zegt zes weken) schilderde hij heel intensief aan een serie duinen en kerktorens.
‘Het was erg stil, wat het werk ten goede kwam’, zei hij zelf, ‘Ik studeerde het meest op de duinen en de kerken. Als men zich niet op enkele dingen concentreert, zou men niets tevoorschijn kunnen brengen, van al het moois dat er is, heh?’ Misschien ligt het aan mij, maar is het toeval dat Mondriaan juist over het werk dat ik wil kopiëren iets zegt over concentratie en doorwerken op hetzelfde thema? Like, dat komt echt van ALLE kanten op mij af.
Maar goed. Deze duinlandschappen van Mondriaan behoren tot mijn favorieten. Ze zijn verstilt, rustgevend, kaal en eenzaam, maar door de zachte kleuren ook warm en hoopvol. De vroegste varianten zijn op een pointillistische manier geschilderd, de latere zijn niet veel meer dan een paar kleurvlakken.
Ik begin met een van de pointillistische duinlandschappen. Met potlood, want tijdens mijn workshop over Mondriaan en het portret viel het me op dat er in veel deelnemende ateliers met potlood gewerkt wordt. Het kost me bijna twee uur om allemaal losse vlekken te tekenen, die samen een soort duin-mozaïek vormen. Niet mijn stijl, niet die van Mondriaan en ook nog eens niet heel erg vriendelijk voor de deelnemende mensen.
Met krijt gaat het beter. Het lukt me beter om het duinlandschap op te bouwen en dan vanuit zachte lagen, via strepen naar steeds kleinere stipjes, een pointillistisch effect te krijgen. Daar waar de kleuren meer contrasteren, is het wel een beetje een raar gezicht. In het werkje dat ik het best gelukt vind, liggen de kleuren wat dichter bij elkaar.
Wat als ik dat werk nu weer probeer om te zetten in verf? Wat als ik die pointillistische manier van schilderen eens uitprobeer – in het kader van het onderzoek natuurlijk – maar misschien is dit wel het speciale dat mij uniek zou kunnen maken als kunstenaar… Het was een leuke poging (twee pogingen eigenlijk) maar ik vond het niet mooi. De stippen dwarrelden als confetti door de lucht. Daar waar het voor mijn gevoel wel werkte in soft pastel, deed het dat niet in verf.
Ik had waarschijnlijk meer stippen moeten zetten en ze minder contrastrijk moeten maken. Maar blijkbaar kon ik daar de concentratie niet voor opbrengen. Het voelde niet goed. Ik heb de meeste vegen laten staan, maar de echte stippen of kleine kleurstreepjes heb ik onder allerlei lagen verf gestopt. Je ziet er nog een heel klein beetje doorschijnen en dat is meer dan genoeg!
Ter voorbereiding van de les heb ik ook een latere duin van Mondriaan in potlood nagemaakt. Je kunt snel klaar zijn met een paar grote vlakken. Dat is een beetje saai misschien. Ik vind het wel leuk om wat meer kleurnuances aan te brengen. Mondriaan gebruikt bij de Duin van mijn voorbeeld meerdere kleuren in de lucht. Het is niet alleen blauw maar ook roze. De duinen zijn geel, oker, een beetje blauw en ik kan er ook nog wel wat paars in stoppen.
Tijdens de workshop werken ongeveer de helft van de mensen met soft pastel, de andere helft met potlood. We zoeken naar kleuren waar je rustig van wordt, onderzoeken wat voor kleuren er ontstaan als je die over elkaar heen zet en maken met die kleuren duinlandschappen en de zee. Het is leuk om te zien dat er door het mengen interessante, diepere kleuren ontstaan. Ik zie op kleine beeldjes in alle deelnemende ateliers mensen druk bezig. Wat is het toch leuk om met andere mensen samen mooie dingen te maken!