ontmoetingen

Schilderen als toppunt van zelfreflectie

Omdat ik nieuwsgierig ben naar wat tekenen en schilderen voor anderen kan betekenen, fietste ik naar Bunnik voor een interview met Ciska Pittie, die ik ken van onze gezamenlijke lessen bij het Kunstenhuis. In het dagelijks leven coacht, traint en adviseert Ciska bij loopbaanvragen, persoonlijke ontwikkelingsvragen en bij organisatieontwikkeling. We praten over fouten maken, loslaten en de kijker op het verkeerde been zetten.

‘Ik ben eigenlijk helemaal geen tekenaar,’ begint Ciska verontschuldigend, ‘schilderen vind ik leuk, tekenen veel minder.’  Ze werkt meestal in acryl, lekker praktisch want dat kun je goed meenemen op de fiets. Maar ook olieverf, oliepastel, ecoline en collagetechnieken spreken haar aan. In 2007 volgde ze haar eerste workshop. ‘De opdracht was om met je vingers met acryl een bos bloemen te verven. Ik vond het heerlijk ontspannend. En met resultaat. Ik was meteen verkocht.’

Als ik haar vraag waarom ze zichzelf vooral niet als tekenaar ziet, moet ze even nadenken. Als kind kleurde ze graag, maar aan tekenen waagde ze zich liever niet. Met dank aan een tekenleraar op school, die met een streng ‘het perspectief klopt niet’, een hele tekening kon afkeuren. ‘Zodra het moet gaan lijken, dan krijg ik een blokkade. Dat hele gedetailleerde, daar heb ik niet genoeg geduld voor.

Kunst met een idee
Ciska heeft altijd belangstelling voor kunst gehad en gaat graag naar musea. Ze houdt vooral van kunst die je op een ander been probeert te zetten. ‘Ik kan figuratie waarderen vanwege het vakmanschap, maar waar ik het meest door wordt aangetrokken is conceptuele kunst, werk dat je op een andere manier naar de werkelijkheid laat kijken. Die manier van denken en verbeelden, daar kan ik echt van genieten.’

Op mijn vraag om voorbeelden van kunstenaars die ze leuk vindt, geeft Ciska me René Magritte, Banksy maar ook Christo, Marina Abramovic en Andy Goldsworthy. Heel verschillend werk, dat met elkaar gemeen heeft dat de kunstenaar vanuit een idee werkt. ‘Het heeft met bewustwording te maken. Neem bijvoorbeeld The Artist is present van Abramovic, waarbij ze aan een tafel zit en bezoekers van de tentoonstelling (die tegenover haar plaats nemen) lange tijd alleen maar aankijkt. Dat is heel confronterend voor die bezoeker en het toppunt van zelfreflectie.’

‘Ik werk zelf ook graag vanuit een concept. Mijn verhaal, een opdracht die we ooit hadden, vond ik fantastisch. Je moest eerst uitwerken wat je wilde vertellen, wat je verhaal was en daarna gingen we dat in twee versies uitwerken. Schilderen is vaak een worsteling. Wat wil je vertellen? Waarom schilder je precies? Bij dit project switchten we regelmatig van de ene versie naar de andere, juist ook als je net lekker bezig was. Zo bleef je jezelf uitdagen. ’

De grote vormen

Uitdaging vond Ciska ook in het werk van Christo, bekend vanwege zijn inpakkunst waarbij hij hele gebouwen en zelfs eilanden omwikkelt. Ze heeft ooit eens zijn ingepakte Rijksdag nageschilderd. ‘Toen ik daarmee bezig was, besefte ik dat nu de grote vormen meer naar voren kwamen omdat je niet werd afgeleid door de details. Dit sprak me erg aan.’ Ze laat me een ander werk zien, geïnspireerd op De Stijl, dat ze zelf erg geslaagd vind. De vlakverdeling en de gelaagdheid van de gebruikte kleuren vindt ze goed gelukt.

Als ik er nu over nadenk, weerspiegelen deze twee werken Ciska’s stijl. In haar werk focust ze zich op de grote vormen, details zijn er wel, maar meestal ondergeschikt aan de structuur van het grotere geheel. En in haar kleurgebruik zie ik veel nuances. Mooi dat dit zo in elkaar past. Zelf heeft Ciska haar stijl nog niet helemaal aanvaard. In haar hoofd zit nog steeds een ander ideaal plaatje:  ‘Ik heb pas onlangs mijn eigen stijl beter leren waarderen. Ik heb geleerd dat ik in grote vlakken denk en dat ik dat ook in een portret kan en mag toelaten.’

Zelfreflectie

We delen lachend dat het niet altijd makkelijk is om dat beeld waarmee je bent begonnen los te laten. Ciska: ‘Ik had eerst veel te hoge verwachtingen van mezelf: het moest kloppen. Ik moest mezelf ook toestaan om fouten te mogen maken. Maar als de hele groep dezelfde opdracht doet, krijg je totaal verschillende resultaten. Dat komt door dat iedereen anders is en zijn eigen visie en handtekening toevoegt. De uitkomst is uiteindelijk iets dat bij jou hoort. Dat vind ik een hele leuke en geruststellende ontdekking.’

‘Het leerproces dat ik tijdens het schilderen doormaak, blijkt goed te vergelijken met het persoonlijk ontwikkelingsproces dat mensen bij coaching doormaken. Je wilt iets, je hebt een beeld in je hoofd van hoe iets moet worden, maar het wordt altijd anders. Onderweg kom je obstakels tegen, krijg je nieuwe inzichten, waardoor het resultaat anders is dan je had verwacht. Maar het uiteindelijke resultaat past bij het proces en past uiteindelijk ook meer bij jezelf.’ We zijn het erover eens dat je moet opletten daar waar het schuurt. Daar valt iets te leren.

Schilderen biedt veel ruimte voor zelfreflectie. Hoe je omgaat met de fouten die je maakt, de manier waarop je je werk opbouwt, waar je de nadruk op legt: allemaal voer voor psychologen. ‘Ik merkte dat ik heel associatief te werk ga. Ik begin met een soort kapstok en ga dan op verschillende plekken aan de slag. Ik vind het heerlijk om wat er in me opkomt toe te laten. Kennelijk steek ik zo in elkaar, dat heeft schilderles mij geleerd.’

Tips voor anderen:

  • Als je vastloopt, zet je werk dan even weg. ‘Ergens een nachtje over slapen’ is waar, dat helpt echt. Dan komt er vanzelf wel weer een inzicht en kun je weer door. Je kunt erop vertrouwen dat het leerproces ondertussen verder gaat. Van die gedachte pluk ik dagelijks de vruchten.
  • Stop op tijd: soms ga je te lang door en dan raak je ook weer iets kwijt.

Leave a Reply

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *